» Reacties

Bij de lancering van de website op 6 april 2021 verschenen artikelen in de Texelse Courant, het Noord Hollands Dagblad, Haarlems Dagblad, de Heemsteedse Courant en de IJmuider Courant. Hierop kregen we verschillende reacties, die de brieven, de beschreven gebeurtenissen en verschillende personen verder inkleuren.


Pieter Veening

Wouter Veening heeft een transcriptie van aantekeningen voor een lezing die zijn vader Pieter Veening in de jaren zestig gehouden heeft. Hierin zet hij zijn herinneringen aan zijn tijd als Geneesheer op Texel in een groter perspectief.

Gerard Timmerman schreef een portret van Pieter Veening voor de Texelse Courant, op basis van een interview met Wouter Veening en de transcriptie van Pieter Veening. We zijn vereerd dat we die hier voor het eerst mogen publiceren:

Geachte voorzitter, geachte aanwezigen,
Vanavond wilde ik u iets vertellen over de opstand op Texel in April 1945 van de Georgiërs. Voor een goed inzicht moeten we eerst de toestand op Texel tijdens de oorlog bespreken, waarbij we zullen zien dat het eiland voor de Duitsers van groot belang was.

In 1940 was het eiland bezet door een betrekkelijk kleine groep die gebruik maakte van het vliegveld, de vlieghaven De Mok en begon met kustartillerie en luchtafweergeschut te plaatsen. In 1942, toen het de Duitsers niet gelukt was Moskou en Leningrad te veroveren en Amerika ook in de oorlog betrokken raakte, begrepen ze dat de oorlog heel lang kon duren en dat ze een sterke Atlantik Wall moesten gaan maken. Texel was daarbij zeer belangrijk:
Haven Den Helder
Convooibegeleiding
Luchtafweer

In 1943 werd Texel Sperrgebiet, we kregen een bizonder persoonsbewijs. Er kwamen aannemers, Duitse en Nederlandse firma’s: veel arbeiders, spoorlijn, bunkers, mijnenveld, luchtafweer, opsporing magnetische mijnen. In 1944 kwam daar nog bij dat Den Helder en Texel een ideale egelstelling zou kunnen worden.
Staketten met mijnen langs het hele strand en palen op alle velden waar ev. zweefvliegtuigen of parachutisten konden landen. Centrale artilleriebatterij. Noordbatterij verbouwd zodat deze ook landinwaarts kon schieten. Met deze enorme versterkingen kwamen er ook steeds meer militairen. De oorspronkelijke kern van 1940 groeide met steeds meer specialisten aan. Voor de bewaking kwamen er infanteriebataljons. Deze infanteriebataljons wisselden sterk. Eerst resten van het Oostfront voor hergroepering en scholing. Daarna bataljons van andere nationaliteiten, die krijgsgevangen waren (gemaakt).

Het begon in 1943 met de bezetters van Tobroek, van de 4e India division. Daarna Kaukasiërs. Daarna in Februari 1945 de Georgiërs. In 1941-42 werden aan het Oostfront vele krijgsgevangenen gemaakt +/- 4 miljoen. Deze werden zoo slecht behandeld dat er meteen al +/- 3 miljoen stierven. In 1942 vorming van bataljons, uit de randstaten 800 man + 400 Duitsers.

Nu iets over mijn positie.
In 1935 werd ik Reserve Officier van Gezondheid. In 1939 werd ik opgeroepen bij de Algemene Mobilisatie en geplaatst als bataljonsarts bij 10 R.J.in De Klomp (Grebbelinie, WJV). Tijdens de oorlog van mei 1940 als chirurg op de hulpverbandplaats bij Veenendaal.
In de laatste nacht van de oorlog teruggetrokken naar Jutphaas.
Na de capitulatie nog enkele weken in dienst en daarna gedemobiliseerd en weer terug als hoofdassistent op de chirurgische afdeling van het Binnen Gasthuis te Amsterdam.
In 1941 kreeg ik een aanbod om chirurg en directeur van het Noodziekenhuis te Den Burg op Texel te worden. Dit leek me wel wat, omdat ik de toestand in de groote steden tijdens de oorlog somber inzag. Ik was tijdens de mobilisatie getrouwd en de eerste baby meldde zich aan. Van een assistentensalaris kon men destijds praktisch niet leven en op Texel zou ik tegen een vast en flink hoger salaris in dienst van de gemeente zijn en de voedselpositie was gegarandeerd.

Er was één maar: op Texel moesten ook de chirurgische spoedgevallen van de Duitse bezetting behandeld worden. De verbindingen met Den Helder waren te gebrekkig en er gebeurde nogal eens wat, vooral ‘s-avonds en ‘s-nachts, zoals we straks zullen zien.

Ik heb toen eerst overleg gepleegd met het hoofd van het illegale Medisch Contact, die ik goed kende. Na enkele dagen zei hij: “Het is goed dat jij deze baan neemt en werk maar voor de Duitsers en kijk goed uit, het komt wel in orde. Anders komt er een NSB-er.”

Zoo ging ik midden 1941 naar Texel met mijn echtgenote. De Burgemeester had voor een goede woning gezorgd (Wilhelminalaan 112, WJV) en ik nam van mijn voorganger een aardig ingericht ziekenhuisje over. Ik ben er gebleven tot begin 1946.

Wat vond ik op Texel?
De Duitse invasie naar Engeland was mislukt en Hitler had zijn tweede front in Rusland geopend.
Het plan van de zwaar versterkte Atlantikwall was in uitvoering en de Duitsers rekenden op een jarenlange oorlog.
Texel moest zwaar versterkt worden om de haven Den Helder te beschermen. Verder was dit deel van de Atlantikwall van veel belang, omdat een invasie ook hier mogelijk was.
Ook was Texel-Den Helder geschikt als egelstelling en de rede van Texel voor convooibegeleiding.
De luchtafweer was op dit punt ook van groot belang: Afsluitdijk.
In 1942 was er al een radar-installatie(radar is doorgekruist en van een vraagteken voorzien, WJV) op Loodsmansduin met luchtafweerkanonnen van 15 cm.
Eerst werd er in een traag tempo gewerkt aan de verdediging, in de loop van de oorlogsjaren werd het tempo steeds opgevoerd: bunkers, spoorlijn, mijnenvelden, centrale batterij op Texel’s midden die elk punt op het eiland kon beschieten.
Tenslotte was de toestand in April 1945 zooals U op deze kaart kunt zien (kaart niet meer beschikbaar, WJV)
Wat voor mensen trof ik aan?
Naast de gewone bevolking van Texel een aantal evacué’s uit Den Helder, de Duitse bezetting en een stijgend aantal bouwvakkers en werkers voor Nederlandse en Duitse aannemers.
Er waren onder de bevolking vrij veel NSB-ers, +/- 10%.
In januari 1942 werd de goede burgemeester, A.F. Kamp, die me naar Texel had gehaald, vervangen door een NSB-burgemeester (Rijk de Vries, WJV)
Elke 3 maanden kreeg ik bezoek van een afgevaardige van het illegale Medisch Contact (….Z-H.) en na enkele maanden kreeg ik al contact met het hoofd van de B.S. en het hoofd van de illegaliteit.
We konden weinig doen behalve inlichtingen verzamelen en een organisatie voor onderduikers oprichten. Dit lukte goed dankzij een oude beurtschipper met een oude stoomboot met een geheime bergplaats.
Er waren 5 Hollandse huisartsen op het eiland, waarvan er een in 1943 wegens aansporing tot staking naar Dachau was gebracht.
Bij een razzia in Nov. 1944 werd een andere huisarts met vele mannen overgebracht naar Port Natal in Assen voor dwangarbeid.
Ik deed ook wat huisartsenwerk voor deze artsen en reed daarom vaak per fiets bij dag en nacht over het eiland.
Aan de andere kant kreeg ik contact met de Duitse artsen, vooral de Inselarzt Piechler, oorspronkelijk uit Brno, Tsjechoslowakije, Duitser maar geen felle nazi, en enige mensen van de Commandantur.
In 1943 werd Texel tot Sperrgebiet verklaard. We kregen een speciaal persoonsbewijs en andere mensen mochten alleen op het eiland komen met een special afgegeven pasje.
De Duitse bezetting bestond uit een vaste kern van +/- 1500 man die steeds gebleven is:
Kustartillerie
Mariniers
Luchtafweer
Genie
Administratie
Autopark/paardentransport
Verpleging/ziekenverblijf in jeugdherberg Panoramahoeve
Verder een wisselende bezetting van infanterie, ingekwartierd in barakken, bunkers, scholen en huizen.
In de loop van de jaren kende men de vaste bezetting wel ongeveer en wist men wat men aan ze had.
De wisselende bezetting was veel meer onberekenbaar. Aanvankelijk jonge soldaten die oefenden voor het Oostfront. In 1942 resten van bataljons terug van het Oostfron voor hergroepering.
In 1942 begonnen de Duitsers infanterie-onderdelen te vormen uit hun krijgsgevangenen. Deze waren een problem, als U weet dat er in total 5 miljoen Russen krijgsgevangen gemaakt zijn. Deze werden nu niet direct volgens de voorschriften behandeld… Groepen gevangenen uit de randstaten van Rusland werden bijeengedreven (Kaukasie, Georgie, Armenie, Usbekistan, etc.)
Er werd dus een primitief soort hersenspoeling toegepast. Tesamen met de honger, ellende, waaraan duizenden stierven, was er tenslotte een deel dat de eed van trouw aan de Fuhrer aflegde, en dan ineens goed gevoed werd.
Daarna werden ze tot bataljons van 1200 man gevormd (800 Russen + 400 Duitsers) en een intensieve training volgde, eerst in Zuid-Frankrijk (Bordeaux ). In total zijn er +/- 20 van deze bataljons gevormd, die overall ingezet zijn. In Holland zijn er +/- 3 geweest.
De Duitsers vonden Texel een prachtplaats voor deze troepen, omdat het Sperrgebiet was.
Zo kregen we in de zomer van 1943 een deel van de bezetting van Tobroek dat door Rommel in de zomer van 1942 was veroverd. Ze behoorden tot de 4th India Division. Deze was in zijn geheel als krijgsgevangen naar Italië gebracht en de Duitsers hadden hier ook een primitieve hersenspoeling toegepast. Ze kwamen in hun woestijnuniform, met de Duitse adelaar en op hun linkermouw een wapen van India met “Freies Indien” er op.
Het was een merkwaardig gezicht de Sikhs met tulbanden, Gurkas en allerlei donkergebruinde en blanke India’ers daar op het eiland te zien.
Ze spraken allen Engels en kregen prompt hun Engelse Rode Kruis-pakketten, waarmee ze een levendige ruilhandel dreven.
Er waren studenten bij die aan Engelse universiteiten studeerden. De discipline was maar matig en de vaste bezetting van Texel vond het maar dubieus...
In de winter van 1943-44 werden velen ziek. Longontsteking en ook t.b.c. brak uit. De Inselartzt vond het niet langer verantwoord ze op Texel te laten. Ze weren ineens overgeplaatst naar Biarritz , waar ze de oorlog afgewacht hebben zijn niet in strijd geweest.
Daarna kregen we een Kaukasische bataljon met Duitse officieren. Deze maakten een veel gedisciplineerder indruk en het was moeilijk contact met ze te krijgen. Ze spraken maar zeer weinig Duits en de Duitsers wensten geen contacten met de bevolking.
Na enige maanden op een boerderij in Eierland (pouffe op de Vlijt) kwam er voorzichtig een contact. Toen bleek dat deze Kaukasiërs ook een complot tegen de Duitsers smeedden en dat ze ook een lijst hadden opgesteld van NSB-ers die uit de weg geruimd moesten worden. Hierop stonden echter ook enkele goede vaderlanders.
Op verzoek van de commandant van de B.S. ben ik er toen in geslaagd de hoofdleiders van het Kaukasisch verzet te spreken te krijgen. Dit bleek een gewone soldaat te zijn, die samenwerkte met een andere soldaat die een ….politieke commissaris was.
Het was inmiddels zomer 1944 geworden en de spanning nam toe.
Met deze hoofdmannen van de Kaukasiërs heb ik, als tussenpersoon van de illegaliteit , na veel overleg en bespreking van details, toen enkele afspraken gemaakt:
1e: Dat wij de NSB-ers gevangen zouden nemen (en berechten)
2e: Dat wij inlichtingen zouden geven en dat we samen zouden werken in geval van invasie, capitulatie
of wegtrekken van de Duitsers.
Eind Juni was er ineens groot alarm, we verwachtten toen een schijn? invasie.
Er werden veel oorlogsschepen gezien.
De NSB-ers verschenen in uniform van de Wehrmacht en bewaakten het telefoonkantoor, de Ortscommandantur en belangrijke gebouwen.
Er gebeurde echter niets, de invasie in Normandië gelukte.
De hongerwinter kwam. Op Texel was ruim voldoende voedsel, niemand mocht er komen.
Wij wachtten af, de Duitsers werkten hard aan de verdediging , mijnen werden langs het gehele strand geplaatst. Alle velden waar ev. een vliegtuig of een zweefvliegtuig kon landen werden vol met palen gezet.
De convooien bleven varen, veel vliegtuigen vlogen over. Af en toe had ik een bespreking met de Kaukasiërs.
De Duitsers op de Commandantur hielpen ons voedsel te sturen naar onze familie in Amsterdam.
In Februari 1945 werd plotseling het geheele bataljon Kaukasiërs weggevoerd en afgelost door een bataljon Georgiërs. Deze waren eerst in de buurt van Zandvoort geweest.
Gelukkig zijn de leiders (o.a. Betja Digurow, WJV) van het Kaukasische verzet niet van het eiland gegaan, maar zij zijn ondergedoken op een boerderij. Wij weten niet of de Duiters dit gemerkt hebben, ze hebben in ieder geval niet grondig gezocht.
Wij keken wat angstig toe. De Kaukasiërs waren rustige, eenvoudige mensen. Deze Georgiërs waren zeer fel en rumoerig. Er kwamen 800 Georgiërs en 400 Duitsers die ook een fanatieke indruk maakten. Bij het bataljon waren ook verscheidene (Georgische, WJV) officieren, i.t.t. de enkele onderofficieren bij het Kaukasische bataljon. Later hoorden we dat er ook Wit-Russische officieren waren gerecruteerd in Parijs. We hoorden dat ze in Zandvoort contact hadden gehad met de C.P.N. en vertrouwden het niet erg.
Na informatie bij het Districtsbestuur van de B.S. kregen we de geruststellende mededeling dat ze wel te vertrouwen waren en dat we moesten trachten contact te krijgen. Gelukkig hadden we de ondergedoken Kaukasiërs en zoo lukte het de leider van de Georgiërs (een luchtmachtofficier die als soldaat in het bataljon zat) samen te brengen met deze leider (van de Kaukasiërs, WJV).
Zoo konden we ook met de Georgiërs weer dezelfde afspraken maken.
Zoo werd het April 1945, de geallieerden rukten snel op en de Duitsers werden steeds meer gespannen en verbitterd.
Op 5 April om 6 uur ‘s-middags kwam er een order op de Orts Cdtr dat er voor alle Georgiërs 3 dagrantsoenen klaar gemaakt moesten worden en dat ze de volgende morgen om 6 uur allen zouden vertrekken met drie Texelse boten. ‘s-Avonds arriveerden op de rede van Oudeschild 3 gewapende trawlers, die daar voor anker gingen.
Iemand die op de Cdtr werkte bracht mij het bericht en ik ging meteen naar het hoofd van het verzet en ik had heel angstige voorgevoelens.
Hij zag het niet zo somber in en dacht dat ze wel weg zouden gaan. Ik had hun mentaliteit beter gezien en vreesde voor een geïmproviseerde opstand. Contact was niet meer mogelijk, na 8 uur mocht niemand op straat.
Inderdaad kwam deze opstand. Klokslag 1 uur, die nacht was het of de hel losbrak , overal schieten, handgranaten, opblazen van bunkers, lichte kanonnen .
Overal waar Duitsers en Georgiërs samen huisden werden de eersten doodgeschoten of met de bajonet doorstoken.
Ook de Wit-Russische officieren werden gedood. De Orts Cdtr met bijna zijn gehele staf sneuvelde. De Insel Cdtr werd bezet, iedereen gedood.
Hoofdman Loladse Schalwa nam het bevel op zich en verdeelde zijn 800 Georgiërs in 6 groepen:
1. Noord Batterij
2. De Koog-Oudeschild
3. Loodsmansduin
4. Westelijk deel vliegveld
5. Oostelijk deel vliegveld
6. Den Burg + omgeving
De B.S. werd ingeschakeld. Loladse eiste 200 man. Zij zouden van wapens worden voorzien, er waren er in overvloed.
De Hollandse driekleur werd op Texla gehesen, er volgden gloedvolle toespraken en ieder maakte plannen. Alle mannen die in militaire dienst waren geweest moesten optreden.
Om 10.00 uur hevige beschieting vanaf Texla van Loodsmansduin.
Verder chaos. Vorderen van auto’s, radio en plan van de reddingboot. N.S.B.-ers werden gevangen gezet.
De Insel Cdt en Arzt waren op wonderlijke wijze ontsnapt naar Den Helder (hier staat een kras door en dit wordt in Bartels/Kalkman ook ontkend, WJV). Oudeschild werd na een hevig gevecht ingenomen. Duitse krijgsgevangenen worden eerst gevangen gezet , later gefusilleerd.
Later bombardement van de haven, de Marsdiep zonk in de haven.
Fahrbereitschaft bleef Duits, maakte 14 gevangenen en het ziekenhuis lag in niemandsland.
Om 12 uur stilte.
De Duitsers zaten niet stil en voerden versterkingen aan via De Mok. Den Helder was natuurlijk zwaar verstrekt en rondom Schagen lag de Hermann Göring SS divisie.
Zij zonden twee parlementairen met witte vlag (Russen uit Noord-Holland) naar de Stenen Plaats en naar Loladse om overgave. Na een hevig dispuut werd de witte vlag weggegooid en sloten deze Russen zich aan bij de Georgiërs, beiden gesneuveld.
De toestand bleef toen zooals zij was, alleen bij de Noord-Batterij werd gevochten. De Zuid-Batterij was niet te naderen.
In de morgenuren waren al 600 man op De Mok aan wal gezet. Zij werden via de Hoornderweg naar de rand van het dorp (Den Burg, WJV) gebracht.
Om 3.30 uur hevig bombardement op het dorp vanaf de Noord- en Zuid-Batterijen, Loodsmansduin, de Mok en de forten van Den Helder. In 20 minuten 1800 granaten. Daarna stormloop op Den Burg en herovering van Texla en Ongeren.
Zoo viel de avond over de eerste dag en iedereen was doodsbang.
De volgende dag probeerden de Duitsers in de richting De Koog te gaan.
In Den Burg reed een bloeddorstige en wraakzuchtige Grüne Polizei officier rond op zijn motorfiets en pleegde standrecht. De Insel Cdt drong echter aan op matiging en liet de burgergevangenen op het kerkhof werken. Na 3 dagen legde de Grüne het loodje.
De Russen ontruimden Oudeschild en deden ‘s-avonds een hevige tegenaanval vanuit De Waal.
Aan het einde van de tweede dag was de toestand weer zeer kritiek.
De kanonnen in Oudeschild en Ongeren waren intact gelaten
De derde dag kwamen er versterkingen via Oudeschild met veel veldartillerie.
De Duitsers probeerden eerst De Koog te heroveren met +/- 500 man. Na 3 dagen lukte dit.
De 6e dag besloten de Georgiërs niet meer aan te vallen maar de polder Eierland te verdedigen.
De Duitsers gingen de polder langzaam omsingelen en voerden tanks (3 stuks middelzwaar) en vlammenwerpers aan.
Overal werd veldartillerie opgesteld en de batterij op Ongeren was steeds aan het schieten.
Dagelijks waren er heen en weer gaande gevechten vanaf de dijken van de polder.
Pas op 17 April, de 12e dag van de opstand, lukte het met hevige artillerie, tanks en een geconcentreerde aanval de bunkers van het vliegveld in te nemen.
Deze 17e April was wel een bizondere dag. Het artillerievuur was de heele dag oorverdoovend geweest. Daarnaast hadden we ook van verre enorme explosives gehoord. De Duitsers hadden de dijk van de Wieringermeer opgeblazen, deze liep onder water.
Dit was de eerste stap van de egelstelling, de Hondsbossche Zeeweering en de andere polders zouden dan volgen. Er zouden 70.000 man in de egelstelling liggen.
‘s-Avonds hoorden we in de verte artillerievuur. De Canadeezen beschoten Harlingen en de Afsluitdijk.
De R.A.F. hing enorme parachutefakkels boven de Afsluitdijk.
Die middag had ik thuis in ons huis zonder ruiten even vlug de de geboorte van mijn 2e zoon geleid onder het hevige vuren van vele batterijen.
We zaten zonder licht, zonder verwarming, we lagen allen op matrassen op de grond in de voorkamer.
U kunt begrijpen wat een sombere toestand dat was. Ik zag de naaste toekomst zeer somber in.
Den Burg was een afgesloten vesting. ‘s-Nachts kwamen er wel kleine Russische patrouilles. Het Casino was ingericht als ziekenverblijf.
Gelukkig kwam er meteen een zeer scherpe reactie van het geallieerde opperbevel en het plan van de egelstelling is niet verder uitgevoerd.
De Canadeezen zijn aan het Friese eind van de Afsluitdijk gebleven.
Inmiddels ging het gevecht op Texel door. De Georgiers trokken zich terug op de vuurtoren en vochten met de moed der wanhoop.
De Duitsers met hun numeriek enorm overmacht en vele artillerie.
Na 5 dagen en 5 nachten gaf de rest (van de Georgiers, WJV) zich over, gebrek aan munitie, gewond, uitgehongerd.
Het was de 17e dag.
In de nachten hadden groepjes Georgiers kans gezien door de omsingeling uit te breken. Zij verscholen zich in de duinen en in de ruines van de boerderijen.
De ongeveer 100 man die bij de vuurtoren gevangen genomen warden, zijn op de meest afschuwelijke manier afgemaakt. Alle gewonden werden gedood.
De Duitsers begrepen dat er nog een aantal Georgiërs op het eiland moesten zijn. Af en toe werden ze beschoten. Ze hebben toen van Noord naar Zuid met alle manschappen die ze hadden het eiland afgezocht in een lange keten. Ze hebben er 2 dagen over gedaan. Hierbij vonden ze slechts enkele Georgiërs, die moesten een graf graven, hun uniform uitdoen en werden er dan ingeschoten.
De burgerbevolking werd met de meest afschuwelijk straffen bedreigd als ze een Georgiër verborgen of hem niet aangaven.
Het was moeilijk in de huizen, als ze leeg waren werden ze inbrand gestoken, ook alle hooi- en graanklampen.
Het zoeken was voor de Duitsers gevaarlijk, want als ze een Georgiër vonden gingen ze er zelf meteen aan.
In regenputten, in de duinen, in mijnenvelden, in de bosschen zijn zoo +/- 240 overgebleven.
Nadat op 1 Mei Hitler zelfmoord had gepleegd, kwam op 5 Mei de Duitse capitulatie.
De toestand bleef op het eiland erg gespannen, af en toe waren er kleine gevechten. De B.S.kwam weer te voorschijn maar kon praktisch niets doen.
De Duitsers trokken gewapend en luid zingend door het dorp.
Een bataljon Canadeezen arriveerde enkele dagen later in Den Helder, dat nog zwaar bezet was. Ze durfden na zonsondergang niet op straat.
Later kwamen er versterkingen maar de Duitsers op Texel dreigden de boot te beschieten als ze zouden komen, omdat er nog steeds Georgiërs waren waar ze mee wilden afrekenen.
Eindelijk kwamer 20 mei ‘s-morgens met de boot 3 Humbers.
Deze gingen naar Texla, lieten de Insel CDT instappen en reden alle geschutsopstellingen af en verzamelden alle geschutsstukken.
Dit duurde de geheele dag, daarna vertrokken ze weer.
De volgendedag, dus 21 Mei, kwamer enige honderden Canadeezen. Toen mochten de Duitsers niet meer op straat en werden ze ontwapend.
De Georgiërs konden toen te voorschijn komen.
Op 18 Juni zijn ze vertrokken, ontwapend en naar Duitsland gebracht, waar ze door de Russen zijn overgenomen.