Frits W
Frits WafelbakkerGeboren: 17 juli 1925
Getrouwd: ja
Kinderen: 4 dochters
Overleden: 12 augustus 2001
Van de dochter van Frits Wafelbakker ontvingen we in maart 2024 de volgende beschrijving van haar vader:
Frits Wafelbakker 1925-2001
Frits Wafelbakker werd geboren op 17 juli 1925 in het Juliana Ziekenhuis is Soerabaja, Nederlands-Indië. Na de scheiding van zijn ouders, verhuist hij met zijn moeder Miek en zijn broer Kees naar Heemstede. Ze wonen daar eerst op Schouwbroekerstraat 20 en later op Landzichtlaan 45. Moeder Miek gaat Engels M.O.studeren om later les te kunnen gaan geven.
DEEN DE FAMILIE KIKKERT
Kees en Frits gaan allebei naar de de school waar devanenschoolhoofd is.
In zijn memoires schrijft Frits daar het volgende over:
“Kees en ik gingen beiden naar deaan de Heemsteedse Dreef, een modern gebouw, met een forse vierkante toren. Het was een openbare lagere school en dat hield een vrij gemengde bevolking in met zowel kinderen uit de sociale bovenlaag, villa's langs de Dreef en zijstraten daarvan, als uit de Indische buurt en het Res Novaplein, die toch een beetje als wat minder werden beschouwd.
In de eerste klas had ik juffrouw Wagenborg, die doortastend was en niet echt lief. Dat was de juf van de tweede klas wel, die later trouwde met de meneer van de vijfde klas, de heer van Baaren, ‘Barendje Donderkop’, een vrij stijve man, in de vierde klas hadden we meneer Roozen die viool speelde bij het zingen.
Het hoofd van de school, meneer Kikkert, ‘Kikkie’, deed ook de zesde klas. Hij had twee dochters op school. De oudste heetteen die zat bij Kees in de klas.
Ria,
de jongste, zat in mijn klas.en ik hebben samen in dezelfde klas gezeten tot aan het einde van de HBS. We zagen elkaar ook terug op de vijfjaarlijkse reünies van de eindexamenklas.Er werd op school geschreven met pen en inkt. Daarvoor moesten de inktpotjes, ingebouwd in de schoolbanken die met een schuifje dicht konden, geregeld worden bijgevuld, uit een grote fles Talens inkt. 'Kikkie' deed dat zelf en na het openen van de fles blies hij zachtjes in de hals omdat er kennelijk een vliesje op de inkt lag... Hij deed dat niet voorzichtig genoeg want er spoot een fontein van inkt over zijn gezicht en zijn overhemd. Hij keek eerst wat hulpeloos de klas in, tevergeefs hopend dat wij deze handelswijze niet hadden gezien. Daarna dook hij het hoofdenkamertje in enwerd snel naar huis gestuurd om een schoon overhemd te halen.
Bij feestelijkheden, zoals de verloving van prinses Juliana, deed de school mee aan een lampionoptocht, waarbij dezich onderscheidde door een meterslange stoomboot van karton en papier mee te voeren, lichtjes achter de patrijspoorten, die als huisvlijt gemaakt was in het sloydlokaal in de toren. Ik ben een keer tijdens het zingen, als voorbereiding voor een optreden bij een feestdag, dat staande moest gebeuren, flauw gevallen. Daarna mocht ik in het sloydlokaal verder werken aan een grote reliëfkaart van Nederlands-Indië, die daar in linoleum gesneden werd.
In ditzelfde lokaal stond ook een ouderwetse toverlantaarn, waarbij plaatjes gelegd werden op een soort klep. die met een handel omhoog werd bewogen. De beelden werden dan via een spiegel aan de bovenzijde van het apparaat op het witte scherm geprojecteerd. De Bruintje Beer-boeken, die het Handelsblad uitgaf, leenden zich erg goed voor die projectie, die vaak als feestelijk laatste uur voor een vakantie gegeven werd’.
Terugkijkend op deschrijft Frits het volgende: ‘Overigens was de echtscheiding van mijn ouders nog een allesbehalve gewoon iets. Ik was de enige in mijn klas op dein Heemstede uit een incompleet gezin’.
DE TWEEDE WERELDOORLOG – FRITS GEDWONGEN NAAR DUITSLAND EN EEN WEERZIEN IN DE SOOS
is net 15 jaar als in mei 1940 de oorlog begint en Frits is dan nog 14 jaar. Ze zitten beiden in de derde klas van HBS-B in
Op 15 mei 1942 krijgenen Frits beiden hun HBS diploma uitgereikt. Na 11 jaar gezamenlijk deen HBS-B te hebben gevolgd, scheiden hier hun wegen.gaat in dit jaar naar de huishoudschool om later lerares te worden en Frits gaat tandheelkunde studeren.
Frits is eerstejaars student tandheelkunde in Utrecht als hij in mei 1943 vanaf de Mauritskade in Amsterdam wordt gedeporteerd naar Duitsland. Hij komt te werken als verpleger in een psychiatrisch ziekenhuis in Stadtroda in Thüringen waar hij als 17 jarige psychiatrische patiënten verpleegt. Tijdens zijn verblijf ondervindt hij gezondheidsproblemen: difterie, dysenterie en tuberculeuze pleuritis. Hij wordt hiervoor in hetzelfde ziekenhuis opgenomen en wordt daar naar eigen zeggen adequaat behandeld.
Frits onderhoudt contact met zijn moeder in Heemstede door middel van brieven en pakketjes.
Hij keert als 18 jarige op 14 januari 1944 met de trein terug naar Nederland, met zijn afkeuringspapieren op zak. Na terugkeer heeft hij tot augustus 1945 nog steeds gezondheidsproblemen die te herleiden zijn naar zijn gedwongen verblijf in Duitsland.
Hij moet hiervoor bedrust houden. Hij wordt verzorgd door zijn moeder op de Landzichtlaan.
Jaren later memoreert Frits in het kader van het onderzoek Een onbelicht verleden - de tewerkstelling van medisch studenten in Nazi-Duitsland (1943-1945) dat hij de periode van deportatie vrij snel heeft verwerkt.
Hij had naar eigen idee ook veel mogelijkheden voor ontspanning: kroeg, bier leren drinken, lezen, opera, wandelen in bossen. “Eigenlijk had ik, in verhouding tot studenten die in fabrieken werkten, een luizenleven, waarbij alleen de drie ziekten echt bedreigend waren”.
Na de oorlog, dat wil zeggen in augustus 1945, zwaait Frits om naar de studie geneeskunde en gaat hij in Amsterdam studeren. In datzelfde jaar, in maart, ontmoetenen Frits elkaar weer tijdens een soos.schrijft in Ria’sdat de padvinderij in de oorlog al een paar jaar verboden is maar dat kerkelijke organisaties “mochten”.beschrijft de “soos”, een jongerengroepering waarinook vrij actief was voordat ze naar Texel ging.schrijft dat ze de laatste maanden van de oorlog er ook wel naar toe ging, even weg van de beslommeringen thuis.
In de nalatenschap van Frits is geen Jojoka liederenbundel aangetroffen. We weten dus niet welke liedjes er gezongen zijn. Wellicht waren het liedjes afkomstig uit de bundels van toen: in 1933 kwam de eerste druk van liedbundel Jan Pierewiet uit, een verzameling Nederlandse en Vlaamse volksliedjes. In 1934 kwam de Padvindsters liederenbundel voor het eerst uit en de zangbundel Nederlands volkslied – Liederen en Canons verscheen voor het eerst in 1941.
ONTMOETINGEN VANEN FRITS NA DE OORLOG – DE REUNIES VAN DE HBS
Frits schrijft in zijn memoires over Ria: “We zagen elkaar ook terug op de vijfjaarlijkse reünies van de eindexamenklas”.
2001 – ONDERZOEK NAAR EEN ONBELICHT VERLEDEN
In 1998 geeft Frits gehoor aan een oproep aan artsen die na 1943 als medisch student in Duitsland tewerk gesteld werden. Een van deze oproepen staat in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, 1998; 142:2541.
Een aantal hoogleraren, o.a. Prof.H.J.die destijds ook als student in Duitsland tewerkgesteld werd, wil onderzoek hiernaar uitvoeren.
De artsen zouden een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de geschiedschrijving van de Tweede Wereldoorlog. Het was de bedoeling om de uitkomsten in de vorm van een artikel te publiceren.
Het onderzoek resulteert in het boek Een onbelicht verleden, De tewerkstelling van medisch studenten in nazi-Duitsland (1943-1945), H.J
.Dokter,
F.Verhage en J.M.W.Binneveld,179 bl. Van Gorcum, Assen 2001. ISBN 90-232-3590-8.Frits is een van de 100 respondenten die zich heeft aangemeld voor het betreffende onderzoek en een uitgebreide vragenlijst hiervoor heeft ingevuld.
Hij is op 1 maart 2001 aanwezig tijdens de boekpresentatie in de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Hij is dan 75 jaar.
Frits Wafelbakker Lid van de 'Soos'
brieven waarin Frits W genoemd wordt:
Ria – Heemstede, 06 maart 1945
Drie heiboenders
referenties waarin Frits W genoemd wordt:
Lijst met namen die we (nog) niet kennen
Lijst met namen die we (nog) niet kennen
Bob Wijnberg
Bob Wijnberg
en nog vele anderen ....